Vlot en doelgericht schrijven

Je wikt en weegt bij elke zin tot deze perfect is, verliest jezelf in details en ziet door de bomen het bos niet meer. Met een beetje pech kom je er in een later stadium ook nog achter dat de zojuist zorgvuldig geschreven alinea toch niet goed past, maar je vindt het moeilijk om dat mooie stukje tekst nu weg te gooien… Frustrerend! Om je energie te behouden en efficiënt te schrijven kun je beter in verschillende fasen werken, in plaats van alles in één keer te schrijven. Houdt de volgende volgorde aan:

Fase 1: Structuur

Bedenk eerst in grove lijnen welk verhaal je wilt vertellen en welke denkstappen er nodig zijn om de lezer te overtuigen van jouw punt. Schrijf elke denkstap in één simpele zin (in jip-en-janneketaal) op een post-it. Nu begint het puzzelen: je gaat schuiven met deze denkstappen tot ze in een logische volgorde staan. Vul bij het schuiven waar nodig het verhaal aan met bruggetjes tussen de denkstappen. Doe dit op losse post-its. Kies hierbij meteen voor een duidelijk verbindingswoord (zoals bovendien, daarentegen en want), waarmee je aangeeft hoe de volgende stap verband houdt met de vorige. Wordt het zo een logisch en lekker lopend verhaal? Schroom niet om verschillende opties uit te proberen, maar hak op een gegeven moment wel de knoop door. Onthoud: meerdere wegen leiden naar Rome, en ‘gewoon goed’ is goed genoeg.

Wees in eerste instantie beknopt: beperk je tot de denkstappen die essentieel zijn om je punt te maken, en leg de rest apart. Uitweiden kan later altijd nog en als de basisstructuur helder is, is het overige straks ook gemakkelijker te plaatsen. Het allerbelangrijkste is dit: werk in deze fase nog niet aan de formulering; het mag allemaal nog jip-en janneketaal zijn, als het inhoudelijk maar juist en helder is.

Fase 2: Onderbouw je denkstappen

Je zult sommige denkstappen moeten onderbouwen met argumenten, zoals demografische gegevens of resultaten uit jouw of andermans onderzoek. Plaats deze argumenten onder de juiste denkstap. Je ziet nu welke denkstappen voldoende onderbouwd zijn, en welke informatie nog ontbreekt. Zo kun je eventueel gericht verder gaan zoeken.

Als dit raamwerk compleet is, leg het dan eventueel voor aan je begeleider (of iemand anders) voor feedback. Het is nog niet mooi uitgewerkt, maar het gaat om de inhoud. Jouw begeleider kan op deze manier heel gemakkelijk beoordelen of je op de goede weg bent. Dit kan je straks een hoop herschrijfwerk schelen.

Fase 3: Formulering

Pas als je volledig achter je verhaal staat, ga je werken aan de formulering. De wetenschappelijke schrijfstijl is informatief, expliciet, beknopt en zakelijk (Starreveld, 2012); houd het dus vooral simpel en duidelijk. Gebruik zoveel mogelijk je eigen woorden en beperk het aantal quotes.

Het kan moeilijk zijn om een (ogenschijnlijk) perfect geformuleerde tekst van een andere onderzoeker in eigen woorden te herschrijven. Probeer dan het volgende: lees de oorspronkelijke alinea door en leg hem aan de kant. Vertel het verhaal daarna aan iemand anders (bijvoorbeeld een medestudent). Schrijf dit verhaal op en ga het verder verfijnen. Kijk pas daarna weer terug naar de oorspronkelijke tekst en haal daar eventueel nog wat waardevolle termen uit op.

Fase 4: Taal en opmaak

Nu pas komen de spreekwoordelijke puntjes op de i: het controleren op taalfouten, het correct refereren aan de bronnen, en de opmaak.

Tot slot

Je mag in het schrijfproces best perfectionistisch zijn en gedetailleerd werken, maar wacht hiermee tot het laatste moment. Door eerst de structuur te maken schrijf je namelijk heel doelgericht en dat bespaart je veel tijd en verwarring!


Vlot en doelgericht schrijven kun je leren. Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier. Je kunt je ook direct aanmelden voor een kosteloos en vrijblijvend kennismakingsgesprek in Amsterdam, Eindhoven, Leiden of Rotterdam. Je bent van harte welkom.

Aanmelden voor een kennismakingsgesprek

Aan de slag! Een manier om te ‘kickstarten’

Je wilt werken aan een opdracht of leren voor een tentamen, maar je raakt afgeleid. Hoe slaag je erin om te beginnen? Hieronder leggen we in vier stappen de kickstart-methode uit. Gebruik deze methode als je begint aan een opdracht of als je tijdens het studeren je focus verliest.

Stap 1: Ga ‘Cold Turkey’

Afleiding kun je blokkeren, letterlijk. Er zijn meerdere softwareprogramma’s die je kunnen beschermen tegen externe afleiding op je laptop en je mobiel. Een goed programma is Cold Turkey. Deze app kun je hier hier gratis downloaden. Installeer Cold Turkey op je telefoon en je laptop en blokkeer vervolgens de websites en apps die jou het meest afleiden. Denk daarbij aan:
• Facebook
• Netflix
• YouTube
• 9GAG
• WhatsApp (ook blokkeren op je laptop!)
• Nu.nl
• e-mail
Je e-mail blokkeren is optioneel. Je hoeft die niet op de lijst te zetten als je écht denkt dat je hem nodig gaat hebben tijdens het studeren.

Stap 2: Sluit alle vensters

Om een kickstart effectief te laten werken is het essentieel dat je alles wat er op je laptop gebeurt afsluit. Sluit Word-bestanden, muziek en alle internetvensters. Probeer een helemaal ‘schone’ laptop te krijgen. Om het gevoel van een frisse start te krijgen is het een aanrader om je desktop ook op te ruimen. Onderschat het effect hiervan niet. Op deze manier krijg je het overzicht weer terug.

Stap 3: Wat ga je doen?

Werk niet aan meerdere opdrachten tegelijkertijd. Het werken aan meerdere opdrachten tegelijk is een recept om snel afgeleid te worden. Als je meerdere opdrachten moet doen, maak dan een lijst en orden deze. De belangrijkste opdracht zet je bovenaan en vanaf daar werk je naar beneden. Als je een langetermijnplanning hebt, dan kun je deze raadplegen. Als je uit ervaring weet dat jij niet té lang aan één opdracht kunt werken, dan reserveer je verschillende tijdsblokken voor verschillende opdrachten. Werk met maximaal vier blokken op één dag. Op deze manier werk je wel aan meerdere opdrachten, maar ligt de focus tijdens een blok op slechts één opdracht. Je aandacht blijft daardoor gericht.

Stap 4: Schrijf een halve pagina

Alle externe prikkels die je kunnen afleiden van je laptop of telefoon zijn nu weg. Nu kun je aan het werk! Of je nou een opdracht moet schrijven of samenvattingen voor een tentamen moet maken: probeer de eerste zinnen op papier te zetten. Als je denkt dat het je niet lukt om een halve pagina te schrijven, probeer dan ten minste enkele zinnen op te schrijven.

Belangrijk bij deze stap is dat je niet te kritisch bent op wat je schrijft. De eerste zinnen zijn nooit helemaal goed, maar dat geeft niet. Het zijn niet voor niets je eerste zinnen! Je kunt ze altijd later nog verbeteren, maar zorg dat je in elk geval je tekst op de rails krijgt. Vaak merk je pas tijdens het schrijven welke richting je op wilt gaan. En als je dat eenmaal weet, wordt het schrijven zelf ook makkelijker.

Tot slot

Als je eenmaal de eerste zinnen op papier hebt en je merkt dat je lekker aan het schrijven bent, vergeet dan niet regelmatig een pauze te nemen (om de anderhalf tot twee uur). Dat kan bijvoorbeeld met behulp van Cold Turkey, dat je de mogelijkheid biedt een tijd in te stellen. Schrijf niet te lang achtereen, want dan loop je het risico dat je (te) veel energie verbruikt en uiteindelijk je focus verliest.

Heel veel succes!


Vlot en doelgericht schrijven kun je leren. Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier.

Motto tegen een writer’s block

“Geef ze gewoon de opdracht een slecht boek te schrijven”, zei de dochter van Isabel Allende toen haar moeder klaagde dat ze geen idee had hoe ze mensen kon leren een boek te schrijven. Dat werkte. Enkele boeken die Allendes cursisten schreven, werden later zelfs gepubliceerd.

Het voornemen om een slecht stuk te schrijven zorgt er gek genoeg voor dat je stuk beter wordt. Leg je de lat lager, dan ervaar je minder druk en kun je vrijer denken. Je aarzelt niet meer om te beginnen. En dan krijg je je verhaal ten minste op papier.

Als je last hebt van een writer’s block bij je scriptie kun je hetzelfde doen. Probeer bij het schrijven van een scriptie nooit een perfect verhaal op papier te zetten. Dat werkt niet. Moet er een nieuw hoofdstuk komen? Schrijf dan altijd eerst een “slechte versie”. Die zogenaamde slechte versie -die vaak lang niet zo slecht uitvalt als je had gedacht- schaaf je later gewoon bij.

Goed is goed genoeg.

Tips voor het schrijven van je eerste zin

Elk boek, elke thesis, en elke schrijfopdracht heeft een eerste zin. Dat klinkt logisch, toch? Eén zin moet de eerste van je hele scriptie zijn. Maar hoe logisch het ook klinkt, die eerste zin wordt vaak alles behalve vanzelfsprekend als je hem daadwerkelijk moet opschrijven. Je kunt er weken over piekeren en helemaal in de stress schieten. De vraag is dus: hoe ga je in ’s hemelsnaam beginnen?

Het is belangrijk om te beseffen dat je niet de enige bent die met dit probleem zit. Zeg maar gerust dat eigenlijk elke auteur hiermee te maken krijgt. Het is gewoon deel van het schrijfproces om de eerste zin niet op papier te kunnen krijgen. Geen paniek dus! Hieronder volgen tien tips voor het schrijven van je eerste zin.

1. Durf een beslissing te nemen

Wat het vaak moeilijk maakt om te beginnen, is het gevoel dat je vóór de eerste zin eigenlijk al iets anders moet hebben gezegd; maar voordat je dit kunt zeggen, moet je eigenlijk wéér iets anders hebben gezegd, enzovoort. Je begint te denken dat je eigenlijk twee, nee: drie, nee: honderd dingen tegelijk moet zeggen. Vaak is dat een gevolg van onvoldoende focus en van de vrees om je vast te moeten leggen. Het helpt dan om bewust een beslissing te nemen over het hoofdargument van je tekst. Als je weet wat dat gaat zijn, wordt het makkelijker om dit vervolgens in je eerste zin in duidelijke bewoordingen te schetsen.

2. Begin niet met de eerste zin

Bij het schrijven van boeken is de inleiding vaak het laatste wat je schrijft. Dat kan ook voor de eerste zin gelden. Het kan helpen als je met een zin begint waarvan je niet denkt dat hij de eerste zal zijn, omdat dit de druk wegneemt die op zo’n zin rust. Je zult zien dat een zin veel makkelijker op te schrijven valt als je er niet te hoge eisen aan stelt.

3. Herschrijf gerust 

De eerste versie van een zin hoeft niet de definitieve te zijn. Je mag de zin altijd wissen en opnieuw opschrijven. Een bekende hoogleraar vertelde een keer dat hij over het algemeen vijf tot tien versies van een tekst schrijft voordat hij bij de uiteindelijke versie is. Dat geldt natuurlijk ook voor de eerste zin.

4. Stel je de lezer voor

Stel je een potentiële lezer van je stuk voor (maar niet je beoordelaar). Deze lezer probeer je bij de hand te nemen en je stuk binnen te leiden. Wat verleidt deze lezer om je stuk binnen te stappen? Pak eens een paar boeken uit de kast en bekijk de eerste zin: vaak is deze prikkelend en kort.

5. Speedwriting

Een lege bladzijde kan behoorlijk intimiderend zijn – het laat je zien wat er allemaal nog níét staat. Je kunt de vrees hiervoor doorbreken door middel van speed writing. Dat is een oefening waarbij je een leeg document opent en erin schrijft zonder te stoppen. De tekst kan daadwerkelijk de tekst zijn die je moet schrijven, ook al is hij nog heel cru en ondoordacht; het kan ook iets heel anders zijn (bijvoorbeeld: “Ik weet niet wat ik moet opschrijven!”). Wat je ook opschrijft, het is belangrijk dat je niet stopt. Zet jezelf een limiet, bijvoorbeeld een tijdslimiet van 10 minuten, of een bepaalde hoeveelheid tekst. Je kunt je zelfs als doel stellen het hele hoofdstuk, of zelfs het hele boek, binnen een uur af te schrijven. Dat wordt dan natuurlijk een kort hoofdstuk, en een nog korter boek – relatief gezien. Maar het mooie is dat het niet ‘af’ hoeft te zijn, en deze gedachte alleen al helpt je om er überhaupt aan te kunnen beginnen. Het gaat er bij deze oefening om je vingers in beweging te houden, want dat is uiteindelijk de enige manier om woorden op papier te brengen.

6. Boei!

Schrijf een boeiende eerste zin. Probeer de lezer meteen te pakken, maak haar nieuwsgierig. Waarom is jouw onderwerp zo interessant?

7. Jij

Blijf bij jezelf. Als jij je eerste zin echt boeiend vindt, is de kans groot dat je lezer dat ook vindt.

8. Publiek

Let tegelijkertijd op je publiek. Probeer je in te leven in je lezer. Een academisch publiek zal andere zaken boeiend vinden dan een niet-academisch publiek.

9. Lengte

Maak je eerste zin niet te lang. Je lezer zal afhaken als hij meteen door een zin van vijf regels heen moet ploegen.

10. Duidelijkheid

Houd het duidelijk. Schets de essentie van je tekst, maar probeer niet je hele boek of thesis samen te vatten in de eerste zin.


Vlot en doelgericht schrijven kun je leren. Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier. Je kunt je ook direct aanmelden voor een kosteloos en vrijblijvend kennismakingsgesprek in Amsterdam, Eindhoven, Leiden of Rotterdam. Je bent van harte welkom.

Aanmelden voor een kennismakingsgesprek

Tien tips voor het schrijven van je scriptie

Je scriptie kan een vervelende, moeilijke periode zijn. Als je geneigd bent studieontwijkend gedrag te vertonen, als je afbakenen moeilijk vindt, als je statistiek of SPSS lastige materie vindt, dan wordt een scriptie een gebed zonder end.

Studiemeesters heeft niet alleen de meeste ervaring met scriptiebegeleiding van heel Nederland, maar heeft ook de beste prijs-kwaliteitverhouding, omdat studeren al duur genoeg is.

Daarom biedt Studiemeesters de mogelijkheid om eerst gratis te komen kennismaken. Bij het kennismakingsgesprek bekijken we eerst waar je tegenaan loopt bij het schrijven van je scriptie. Aan de hand daarvan maken we direct een plan voor hoe je dit het beste kunt gaan aanpakken!

Maak daarom vandaag nog een afspraak voor een kennismakingsgesprek.

En tot die tijd, hier zijn tien tips om je verder te helpen:

  1. Zoek een onderwerp waarvan je veel weet en waar je passie ligt.
  2. Denk goed na over je hoofdvraag: zorg ervoor dat deze niet vaag is, maar concreet en goed te onderzoeken.
  3. Ga pas schrijven als je zeker weet wat je wil vertellen.
  4. Schrijf niet langer dan vijf uur per dag, en neem voldoende pauze.
  5. Bedenk: het is maar een groot essay/werkstuk, geen levenswerk.
  6. Maak gelijk een literatuurlijst die voldoet aan de richtlijnen en houd die goed up to date.
  7. Schrijf alle zoektermen op die je gebruikt.
  8. Als je aan het schrijven bent, maak je dan nog even niet druk om mooie woorden en complexe zinnen: je kunt je stuk altijd nog verbeteren, mooier maken en opschonen.
  9. Laat in elk geval je onderzoeksmethode goedkeuren door je begeleider voor je op pad gaat.
  10. Plannen, plannen, plannen! Een sterke planning is het halve werk.

Zonder vertraging een goede scriptie schrijven? Dat kan! Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier.

Hoe schrijf je een psychologie-paper? Het zandlopermodel

Als je een literatuuronderzoek moet uitvoeren voor een vak dat gaat over het gedrag van mensen (ook vaak bijvoorbeeld sociologie, criminologie, onderwijskunde, etc.) en hierover een paper moet schrijven, is het soms lastig te weten waar je moet beginnen. Maar als je de opbouw van een paper eenmaal onder de knie hebt, zul je zien dat een paper schrijven helemaal niet zo lastig is! Houd in je hoofd dat het paper een zandloperstructuur heeft! Je begint breed in je inleiding (aanleiding, relevantie), gaat dan steeds smaller (werk toe naar je onderzoeksvraag en het beantwoorden hiervan), en eindigt weer breed (conclusie, implicaties). In je conclusie vermeld je geen nieuwe informatie meer! Hieronder staat een boomstructuur die je kunt aanhouden bij het schrijven van een paper waarin je literatuuronderzoek beschrijft:

Inleiding

  • Achterliggende gedachte bij het artikel, aanleiding voor het onderzoek
  • Korte uitleg van de theorie, en verklaring van begrippen
  • Eerder onderzoek bespreken en relevantie van jouw onderzoek aangeven
  • Vraagstelling met hoofd- en deelvragen
  • Korte uitleg hoe het paper is opgebouwd

Deelthema(‘s)

  • Inleidende zin: wat ga je bespreken, en waarom?
  • Bespreking van de artikelen die bij dit deelthema horen. Hierbij beschrijf je kort per artikel:
    • Vraag
    • Proefpersonen
    • Wat gedaan/gemeten
    • Resultaten
    • Conclusie/kritiek
    • Geef ook tussen de artikelen aan hoe ze overeenkomen of elkaar juist tegenspreken. Op die manier bereid je vast de subconclusie voor, en maak je mooie bruggetjes tussen de verschillende alinea’s.
  • Na het beschrijven van de artikelen kom je tot een subconclusie
  • Daarna maak je een verbinding naar het volgende deelthema.

Conclusie

  • Antwoord op vraagstelling
  • Korte weergave van de subconclusies ter ondersteuning
  • Discussie-/kritiekpunten (hoe kun je het antwoord op je vraag verklaren?)
  • Suggesties voor vervolgonderzoek
  • Afsluitende zin (dit is een brede zin: je grijpt hier weer terug naar de relevantie van jouw onderzoek en koppelt het weer terug naar het probleemgebied en de praktijk)

Vlot en doelgericht schrijven kun je leren. Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier.