Van Voorwoord tot Bijlagen – Uitleg over alle onderdelen van de scriptie

De scriptiespecialisten van Studiemeesters leggen uit welke onderdelen aan je scriptiehoofdstukken voorafgaan, welke erop volgen, en hoe je al deze onderdelen van de scriptie schrijft.

Voorblad scriptie / titelpagina

We bespreken álle onderdelen van het scriptiedocument en beginnen dan ook bij het voorblad, de titelpagina. Op het voorblad staan vaak vermeld: naam van de student, studentnummer, opleiding, namen beoordelaars, versie en datum. Vergeet niet een mooie titel te bedenken voor je scriptiedocument. Bij creatievere titels voeg je ter verduidelijking een ondertitel toe. Bijvoorbeeld: “Wat wil de rocker? Een kwalitatief onderzoek naar de wensen en behoeften van rock-liefhebbers voor een Brabants poppodium.”

Colofon

In het colofon vermeld je contactgegevens van jezelf, namen, titels en functies van je docenten en de contactpersonen bij je opdrachtgever. Als je niet wilt dat deze gegevens in een online scriptiebank terechtkomen, houd daar dan rekening mee bij het uploaden van je eindversie. Het opnemen van een colofon is niet verplicht, maar maakt een professionele indruk.

Voorwoord scriptie

Terwijl de inleiding echt het eerste hoofdstuk van je scriptie is, wordt het voorwoord gebruikt om een persoonlijk woord vooraf te schrijven. Wat erin staat, bepaal jij zelf. ‘Persoonlijk’ houdt hier in dat je kunt vertellen over het doel waarmee je ging studeren, over het plezier waarmee je aan je scriptie hebt gewerkt of over je plannen na je afstuderen. Als je over tegenslagen praat, probeer je dan genuanceerd, diplomatiek en een beetje positief uit te drukken. Als je dus wilt vermelden dat het niet altijd makkelijk was, voeg daar dan aan toe dat het erg leerzaam was. Bedank de mensen die je gesteund of geïnspireerd hebben. Vergeet je docenten niet: Bedank ze voor hun begeleiding en hun feedback in dit leerproces.

Samenvatting scriptie / Managementsamenvatting

Wat moet er in de samenvatting van een scriptie staan? En hij lang moet deze zijn? Om weer met de laatste vraag te beginnen: Bij het schrijven van je samenvatting beperk je je tot een A4’tje en daarbij gebruik je telkens één alinea om één hoofdstuk samen te vatten. Controleer of de samenvatting de volgende punten bevat: opdrachtgever, aanleiding, doelstelling, hoofdvraag, strekking deelvragen, belangrijkste modellen en/of theorieën, toegepaste onderzoeksmethoden, belangrijkste resultaten, belangrijkste conclusies (beantwoord daarmee de eerder genoemde hoofd- en deelvragen), belangrijkste aanbevelingen. Gebruik exact deze woorden in je tekst, dan weet iedereen meteen dat je alle relevante punten hebt benoemd. Bronvermeldingen zijn in de samenvatting niet nodig.

Inhoudsopgave

Ook de inhoudsopgave moet op één A4 passen. Zet er alleen hoofdstuk- en paragraafkoppen in, geen tussenkopjes. De inhoudsopgave fungeert als een wegwijzer voor de lezer. Voorwoord en samenvatting worden dus niet vermeld, want er staan alleen dingen in die ná de inhoudsopgave volgen. Maak gebruik van de automatische inhoudsopgave in Word, dan maak je geen fouten met paginanummers. Natuurlijk kunnen er tijdens het schrijven nog verschuivingen plaatsvinden in de tekst van je scriptie. Update daarom de automatische inhoudsopgave voor je de eindversie van je scriptie opslaat als PDF-file.

Hoofdstuk 1 – Hoofdstuk 6

Elk scriptiehoofdstuk heeft zijn eigen functie. Deze functies moet je kennen voor je een goede scriptiestructuur kunt opzetten. Lees hier meer over de hoofdstukindeling van de hbo-scriptie.

Literatuurlijst / Bronnenlijst volgens de APA-richtlijnen

De bronnenlijst komt voor de bijlagen. Zet je bronnen op alfabetische volgorde en noteer deze precies zoals de APA-richtlijnen voorschrijven. Gebruik bijvoorbeeld de APA-handleiding van de Universiteit Tilburg die je via Google kunt vinden. In hoofdstuk 1 en 2 van deze handleiding kun je per type bron opzoeken hoe je naar de bron verwijst vanuit de tekst van je scriptie, met name je theoretisch kader. Vaak gaat het dan om verkorte referenties (‘Hofstra, 2015’). In hoofdstuk 3 en 4 wordt beschreven hoe elk type bron in je bronnenlijst komt te staan. Dat is iets ingewikkelder, omdat je daarbij telkens een hele serie gegevens op een heel nauwkeurige manier moet noteren. Ga eerst na welk type bron je hebt (boek, artikel, blog of bijvoorbeeld website?), ga dan met behulp van de inhoudsopgave in de handleiding naar de paragraaf waarin de notatie voor dat type bron wordt beschreven, kijk hoe de vermelding eruit hoort te zien en schrijf jouw bron dan op EXACT dezelfde manier op. Let daarbij goed op het gebruik van komma’s, punten, spaties, schuinschrift en hoofdletters!

Bijlagen

Na de literatuur volgen vaak nog de bijlagen van je scriptie. Zet deze in een logische volgorde. Nummer ze met Romeinse cijfers en geef ze titels. Neem de cijfers en de titels op in je inhoudsopgave. Bijvoorbeeld:

Bijlage I. Terminologie in het Engels
Bijlage II. Operationeel model
Bijlage III. Vragenlijst online enquête

Alles op een rij

Tot slot volgt hier nog een overzicht van alle onderdelen van een standaard-hbo-scriptie.

Titelblad
Colofon
Managementsamenvatting
Voorwoord
Inhoudsopgave
H1. Inleiding
H2. Theoretisch kader
H3. Onderzoeksmethoden
H4. Resultaten
H5. Conclusies
H6. Aanbevelingen

Bronnenlijst
Bijlagen:
– Bijlage I. Vragenlijst
– Bijlage II. Frequentietabellen

Maak er wat moois van!


Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier. Je kunt je ook direct aanmelden voor een kosteloos en vrijblijvend kennismakingsgesprek in Amsterdam, Eindhoven, Leiden of Rotterdam. Je bent van harte welkom.

Aanmelden voor een kennismakingsgesprek

Mijn zoon of dochter haalt te weinig studiepunten! Wat moet ik doen?

Uw kind is volwassen, woont misschien al op zichzelf, heeft een eigen leven. Nu is het halen van punten en motivatie om te studeren zijn of haar eigen verantwoordelijkheid. Dat is soms lastig, zeker als u het gevoel heeft dat uw zoon of dochter te weinig studeert, niet op de juiste wijze studeert, en lastig te motiveren is. Hoe ga je daarmee om? Vijf tips voor ouders van studerende kinderen.

1. Stimuleer uw kind om uw hulp te vragen

Studeren moet je leren; het is een ritme waar je in moet komen. Vaak is de studietijd een heftige periode: een student moet leren op eigen benen te staan en voor tentamens te studeren. Een student moet wennen aan een nieuwe stad, nieuwe mensen en een nieuwe manier van leven – en leren. Het helpt als uw zoon of dochter bij u om hulp kan vragen. Dat hoeft niet inhoudelijk te zijn; hulp bij planning of een luisterend oor is ook heel goed.

2. Stimuleer positief

De wortel werkt beter dan de stok. Beloon uw zoon of dochter als hij of zij hard studeert en punten haalt. Dat kan in de vorm van een cadeau of een activiteit, maar complimentjes werken ook al heel goed. Straf werkt niet, en dat zou ook niet moeten: je studiepunten niet halen is al straf genoeg.

3. Laat los

De consequenties van het niet halen van punten voor deze generatie studenten zijn veel groter dan toen u jong was: studieschulden liepen niet zo hoog op, er was waarschijnlijk geen negatief bindend studieadvies, en over de scriptie mochten studenten nog eeuwig doen voordat er vakken gingen vervallen. Voor die consequenties wil iedereen zijn of haar eigen kind natuurlijk behoeden. Toch zal hij of zij het vooral zelf moeten doen. We begrijpen het: het is moeilijk als je niet meer met docenten kunt overleggen en er compleet geen grip meer is op de dagindeling van uw zoon of dochter. Toch hoort dit ook bij volwassen worden: uw zoon of dochter moet zijn of haar eigen fouten leren maken. Laat af en toe even los; een keer zakken voor een tentamen hoort erbij.

4. Blijf begripvol

Bij Studiemeesters horen we vaak wat ouders niet horen: bij ons komen óók studenten die uit schaamte niet aan hun ouders durven te vertellen dat ze een tentamen niet hebben gehaald of dat ze een blok te weinig hebben gestudeerd. Ouders zetten vaak goedbedoeld druk op hun kinderen om te presteren, maar dat kan ook als gevolg hebben dat een studerend kind niet meer durft te zeggen wat er misgaat. Wij hebben daar heel extreme vormen van gezien, tot verzonnen diploma’s aan toe. De gevolgen zijn desastreus: ernstig verstoorde verhoudingen in de familie, stress, schaamte, depressies, ruzie, en natuurlijk nog steeds geen diploma. Wees begripvol, zodat uw kind om hulp durft te vragen.

5. Zoek hulp als het te veel wordt

Als de spanning over een studie die niet lekker loopt te hoog oploopt, kan het verstandig zijn de hulp van een specialist in te schakelen. Dat kan bij een studentenpsycholoog, een studieadviseur, of bij Studiemeesters. Juist een specialist in motivatie en effectief studeren kan de lucht klaren en ervoor zorgen dat er vooruitgang wordt geboekt, zodat het bij de (schaarse) momenten samen ook eens ergens anders over kan gaan!


Studiebegeleiding op maat past altijd. Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier.

Floor goes scriptiebootcamp!

“Bootcamp is geen straf, hoor.” Floor ziet de humor ervan in: “Je hebt wat gezelligheid van mede-scriptieslachtoffers die er op dezelfde manier in staan als jij. Daardoor is het minder vervelend om aan je scriptie te werken.” Wanneer is het leuk? Als je vooruitgang boekt. En dat lukt wel met bootcamp.

De scriptie moet snel af

Floor, die Hotel Business Administration studeert aan Hotelschool The Hague, is één van de eerste deelnemers aan het scriptiebootcamp. Ze onderzoekt de service productivity van Burger King in Oslo, in Calais en op Schiphol. Over een maand begint ze aan de master Marketing van Nyenrode, dus de scriptie móét deze zomer af. Omdat haar stage erop zit, heeft ze eindelijk tijd om volop te bootcampen.

Discipline en focus

“Hele dagen aan je scriptie werken is wezenlijk anders dan na afloop van een stagedag nog zoveel mogelijk proberen te doen”, zegt ze. “En een gestructureerde studieomgeving maakt ook een wereld van verschil. Je wordt bij Studiemeesters niet telkens gevraagd voor een sigaretje of een koffiepauze, want je werkt met een vast schema en alle studenten willen hard werken. De discipline van zo’n dag is enorm aantrekkelijk. De focus die je dan krijgt is niet te vergelijken met je concentratielevel thuis of in de bibliotheek.”

Floor goes scriptiebootcamp
Floor is hard op weg naar de finish!

Scriptiebootcamp ‘the extended version’

Floor is zo enthousiast dat ze haar bootcamp uitbreidt met een extra studiedag. “Gedurende de dag komt de studiedagbegeleider steeds even checken of je vooruitgang boekt. Als blijkt dat je vastzit of op een zijspoor bent beland, zet hij je meteen weer op het rechte spoor. Daardoor heb ik vandaag vreselijk veel kunnen doen.”


Nieuwsgierig naar Studiemeesters? Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier. Je kunt je ook direct aanmelden voor een kosteloos en vrijblijvend kennismakingsgesprek in Amsterdam, Eindhoven, Leiden of Rotterdam. Je bent van harte welkom.

Aanmelden voor een kennismakingsgesprek

Welke hoofdstukindeling biedt een goede structuur voor een hbo-scriptie?

Hoe breng je structuur aan in een scriptie? Een goede structuur begint met een goede hoofdstukindeling. Elk hoofdstuk heeft zijn eigen functie. Deze functies moet je kennen voor je een goede scriptiestructuur kunt opzetten. Zet daarom vóórdat je begint met schrijven een hoofdstukindeling en een inhoudsopgave voor je scriptie op papier, of deel de hoofdstukken van een afgekeurde scriptie opnieuw in. Na het lezen van dit blog weet je hoe dat moet.

Standaardindeling

In deze blogpost wordt de meest voorkomende hoofdstukindeling besproken. Deze kan bij bijna alle studies worden toegepast, tenzij je specifieke, andere instructies van je opleiding krijgt.

Belangrijk: Aanwijzingen die je van je opleiding krijgt, wegen zwaarder dan de aanbevelingen in deze blogpost.

Deze standaardindeling van het document loopt synchroon met de fasen die je doorloopt in je onderzoeksproces. Daardoor geeft de hoofdstukindeling die we hier bespreken je veel inzicht in de stappen die jij moet maken om een scriptie te kunnen schrijven. Zet hem op papier voor je van start gaat.

Let op: bij twijfel altijd even afstemmen met je docent.

Hoofdstuk 1: Inleiding (met probleemanalyse en doelstelling)

Het eerste hoofdstuk is de inleiding van de scriptie. Studenten schrijven de inleiding nadat ze hebben bedacht wat het probleem van de opdrachtgever eigenlijk is en wat voor onderzoek daarbij hoort. De scriptie-inleiding is feitelijk een verslag van de probleemanalyse die je als scriptiestudent doorloopt om tot (deel)vragen te komen. Een probleemanalyse houdt in dat jij als onderzoeker/consultant nagaat wat het probleem precies is (=probleemstelling formuleren) en wat er onderzocht moet worden voordat een goede oplossing (aanbeveling) kan worden opgesteld. Veel voorkomende kopjes in dit hoofdstuk zijn: ‘Opdrachtgever’, ‘Aanleiding’, ‘Doelstelling’, ‘Hoofd- en deelvragen’, ‘Relevantie’, ‘Afbakening’ en ‘Leeswijzer’.

Hoofdstuk 2: Theoretisch kader / Literatuuronderzoek

Het theoretisch kader van de scriptie is een verslag van het literatuuronderzoek dat jij uitvoert om te ontdekken wat er allemaal bekend is over je onderwerp en wat het precies is dat je zult gaan onderzoeken. Je ontdekt bijvoorbeeld dat je bij een positioneringsonderzoek ook de concurrentie in kaart moet brengen en bespreekt daarom ook modellen voor concurrentieanalyses, zoals het vijfkrachtenmodel van Porter. Maak een samenhangend verhaal van je theoretisch kader. Doe alsof je een presentatie geeft over een onderwerp: geef een inleiding, praat de ‘slides’ aan elkaar en sluit mooi af.

Hoofdstuk 3: Onderzoeksmethoden

Na het lezen van dit hoofdstuk moet de lezer een goed beeld hebben van wat jij – achter je bureau of op straat – allemaal gedaan hebt om de uiteindelijke resultaten op te kunnen schrijven. Eigenlijk zou ik het onderzoek moeten kunnen herhalen zonder dat ik jou vragen hoef te stellen. De informatie in dit hoofdstuk is daarom best gedetailleerd en misschien een beetje saai. Dat geeft niet, dat hoort zo. Schrijf het hoofdstuk in voltooid tegenwoordige tijd (bijvoorbeeld: “is gevraagd”, “zijn geobserveerd”). Begin het hoofdstuk met een overzicht van de onderzoeksmethoden die je hebt ingezet voor de verschillende deelvragen. Geef daarna óf per deelvraag óf per onderzoeksmethode een omschrijving. Stel dat je enquêtes hebt gehouden, dan maak je een paragraaf ‘Enquêtes’ en werk je de volgende tussenkopjes uit: ‘Verantwoording keuze onderzoeksmethode’, ‘Onderzoeksdoelgroep’, ‘Steekproef’, ‘Vragenlijst’, ‘Dataverzameling’, ‘Data-analyse’, ‘Betrouwbaarheid en validiteit’.

Hoofdstuk 4: Resultaten

In dit hoofdstuk presenteer je de uitkomsten van je resultaten en analyse van je deskresearch en je veldonderzoek. Zet objectief op een rij wat je hebt gevonden. Doe dat bij voorkeur per deelvraag en anders per onderzoeksmethode. De lezer verwacht in dit hoofdstuk de uitkomsten van je onderzoek te zien. Leg niet uit hoe en waar je de informatie gevonden hebt; dat hoort al in je methodenhoofdstuk te staan. De resultaten van je literatuuronderzoek bespreek je hier ook niet; die staan immers al in je theoretisch kader. Je zult bij het schrijven de neiging hebben om conclusies te trekken, maar dat moet je toch nog even uitstellen, want in een scriptie hoor je pas conclusies te trekken in het conclusiehoofdstuk. Het motto is: Bewaar wat voor straks!

Hoofdstuk 5: Conclusie schrijven

Eindelijk is het zover: Je kunt antwoord geven op je hoofd- en deelvragen, sterker nog, je MAG (nu pas) antwoord geven op je hoofd- en deelvragen OMDAT je in het voorgaande hoofdstuk de feiten op een rij hebt gezet waar je de conclusies op baseert. En op deze conclusies baseer je straks weer de aanbevelingen die zullen bijdragen aan het oplossen van het probleem van de opdrachtgever dat je in je inleiding omschreef. De cirkel is bijna rond. Let erop dat je conclusies meer zijn dan alleen een samenvatting van de resultaten. Hoe zorg je daarvoor? Door een bondig antwoord op een deelvraag te formuleren en dit vervolgens te onderbouwen met argumenten die voortkomen uit je resultaten. Alle conclusies zijn gebaseerd op resultaten: er komt geen nieuwe informatie meer bij. Let erop dat je écht antwoord geeft op je vragen. Als dat niet lukt, kun je overwegen om de verwoording van je deelvragen zodanig aan te passen dat je er met je huidige resultaten wél antwoord op kunt geven. Tot aan dit hoofdstuk bestond je document nog uit losse, sterk gescheiden onderdelen. In dit hoofdstuk verbind je al die losse stukken met elkaar. Maak daarbij ook een koppeling tussen je resultaten en de theorieën of modellen uit je theoretisch kader.

Hoofdstuk 6: Aanbevelingen

Baseer je aanbevelingen op de conclusies. Maak ze concreet. De opdrachtgever moet immers weten wat hij moet doen om dichter bij de door hem gewenste situatie te komen. Het heeft geen zin om aan te geven dat de opdrachtgever “iets met SEO moet gaan doen” om meer leads te genereren, want dan weet hij nog steeds niet wat hij precies moet doen. Maak het dus concreet en adviseer de opdrachtgever bijvoorbeeld een communicatiemedewerker op cursus te sturen of een online marketingbureau in te schakelen. Je kunt eerlijk de voor- en nadelen van je advies vermelden. Wees ook realistisch. Het heeft geen zin om een stichting met een klein budget te adviseren een landelijke tv-reclamecampagne te lanceren om meer naamsbekendheid te verkrijgen.

Toelichting op deze structuur van de scriptie

De scriptiehoofdstukken hebben elk hun eigen functie, hun eigen doel. Het soort informatie dat in de afzonderlijke hoofdstukken staat, is daardoor wezenlijk anders. Als je alle soorten informatie goed weet op te delen in verschillende hoofdstukken, is de kans dat de lezer je goed kan volgen het grootst. Laat de hoofdstukken niet overlappen, haal de boel niet door elkaar: Beperk je in je theoretisch kader tot de theorie en de gangbare modellen en ga daar niet van alles over je opdrachtgever vertellen (want daar is je inleiding voor bedoeld). Beperk je in het hoofdstuk over de onderzoeksmethoden tot de methodologie van je onderzoek en ga er geen theorie uitleggen (want dat hoort thuis in je theoretisch kader). Beperk je in het hoofdstuk over de resultaten tot het droog presenteren van de uitkomsten van je onderzoek en ga nog geen conclusies trekken (‘Bewaar wat voor straks’!). Beperk je in het hoofdstuk over de conclusies tot het antwoord geven op de hoofd- en deelvragen en ga nog geen advies geven over wat de opdrachtgever met de conclusies moet doen… Volgens mij begrijp je nu het systeem van de scriptie, of niet? Het is even wennen, maar als je flink oefent en jezelf blijft corrigeren, dan krijg je het systeem van de scriptie al doende in de vingers.

Wijk gerust van deze standaardindeling af

Je kunt deze indeling exact navolgen, maar je kunt gerust je eigen hoofdstukindeling creëren als dat goed uitkomt voor jouw project. Elk project is immers anders. Je kunt je daarbij laten inspireren door de standaardhoofdstukindeling: de inhoud van elk standaardhoofdstuk zal hoe dan ook érgens in jouw scriptie voor moeten komen. Zorg ervoor dat uit de titels van je hoofdstukken duidelijk blijkt waar dat hoofdstuk over gaat. Leg in de leeswijzer uit hoe je stuk is opgebouwd en waarom je stuk op deze wijze is opgebouwd. Misschien wil je werken met een deelvraag per hoofdstuk waarbinnen je paragrafen wijdt aan methoden, resultaten en (deel)conclusies, of misschien werk je met een afzonderlijk hoofdstuk voor een interne analyse en een afzonderlijk hoofdstuk voor een externe analyse.

Maak er wat moois van!


Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier. Je kunt je ook direct aanmelden voor een kosteloos en vrijblijvend kennismakingsgesprek in Amsterdam, Eindhoven, Leiden of Rotterdam. Je bent van harte welkom.

Aanmelden voor een kennismakingsgesprek

De Net Promoter Score (NPS) in de scriptie over klanttevredenheid

Veel scriptiestudenten die klanttevredenheid onderzoeken, gebruiken de Net Promoter Score (NPS). Maar hoe neem je deze maat voor klanttevredenheid op in je enquête? En wat schrijf je op in het resultatenhoofdstuk? Als je dit blog hebt gelezen, weet je precies hoe je de NPS gebruikt in je scriptieonderzoek.

Net Promoter Score (NPS) als maat voor klanttevredenheid

De NPS (Reichheld, 2003) is een maat voor klanttevredenheid of klantloyaliteit. Deze klantloyaliteitsscore is een goede voorspeller van herhaalaankopen, positieve uitlatingen en het weerstaan van de druk om over te stappen naar een concurrent (Owen & Brooks, 2006). Het voordeel van de NPS is dat de uitkomst ervan eenduidig is en bovendien eenvoudig valt te interpreteren. Ook heb je er maar één enquêtevraag voor nodig.

Voorbeeld enquêtevraag voor de Net Promoter Score (NPS)

De enquêtevraag voor het meten van de NPS luidt als volgt: “In welke mate zou u/je [naam bedrijf, dienst of product] aanraden aan vrienden of collega’s?” Respondenten (mensen die je enquête invullen) geven antwoord met behulp van een schaal van 0 tot 10, waarbij 0 = zeer onwaarschijnlijk en 10 = zeer waarschijnlijk. De NPS-vraag wordt vaak aangevuld met een open vraag naar de reden waarom de klant die specifieke score heeft toegekend, zodat inzicht wordt verkregen in de verbeteringsmogelijkheden voor het bedrijf, de dienst of het product.

Net Promoter Score (NPS) uitrekenen

De uitkomst van de NPS bereken je in twee stappen. De eerste stap bestaat uit het opstellen van een frequentietabel. Alle respondenten hebben een getal ingevuld. Op basis van dit getal wordt door de onderzoeker een ‘label’ aan de respondent toegewezen. Er zijn drie labels, namelijk ‘criticasters,’ ‘passief tevredenen’ en ‘promoters’. Respondenten die een zes of lager invullen zijn ‘criticasters.’ Wie een zeven of acht invult is een ‘passief tevredene’ en mensen die een negen of tien geven zijn ‘promoters’ (Reichheld & Markey, 2011). Maak een frequentietabel van de antwoorden van je respondenten en stel vervolgens zelf een frequentietabel op voor de drie labels van de NPS. De laatste frequentietabel neem je op in je resultatenhoofdstuk. Je kunt er natuurlijk ook een taartdiagram of een gestapeld staafdiagram van maken. De tweede stap bestaat uit een eenvoudige rekensom, namelijk NPS = % promoters – % criticasters (Reichheld & Markey, 2011). Hier komt een getal tussen -100 en +100 uit. Dat getal is de NPS. Gebruik geen procentteken bij je NPS.

Betekenis en interpretatie van de Net Promoter Score (NPS)

Nadat het plezier van het kunnen uitrekenen van de klanttevredenheidsscore is gezakt, rijst een volgende vraag: Wat betekent deze score? Is de uitslag goed of slecht? Bij een score van -100 is iedereen een criticaster. Dat is geen goed nieuws voor je opdrachtgever. Bij een score van +100 is iedereen een promoter. Dat komt in de praktijk zelden voor. Bedrijven in de VS scoren gemiddeld lager dan +10. De best scorende bedrijven in de VS behalen een NPS tussen +50 en +80 (Reichheld, 2003). In het algemeen geldt: Een getal hoger dan 0 is goed, en een NPS van +50 is excellent. Realiseer je dat gemiddelde scores sterk verschillen binnen sectoren en binnen culturen. De gemiddelde NPS in de supermarktbranche is doorgaans lager dan die van studiebegeleidingsbureaus, die vanwege de hogere betrokkenheid en het persoonlijke karakter van de dienst gemiddeld hoger scoren. Kijk eens of je een publicatie kunt vinden met de NPS van concurrenten of van gemiddelden binnen de sector. Deze kun je als referentiepunt gebruiken. Maar zulke cijfers zijn niet altijd beschikbaar. Dan verwachten je docenten dat je de betekenis van de NPS voor jouw opdrachtgever zelf inschat.


Zonder vertraging een goede scriptie schrijven? Dat kan! Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier.


Bronnen
Bergevin, R., Kinder, A., Siegel, W., & Simpson, B. (2010). Call centers for dummies. Mississauga, Canada: John Wiley & Sons.

Owen, R., & Brooks, L. L. (2006). Answering the ultimate question: How net promoter can transform your business. San Francisco, CA: Jossey-Bass.

Reichheld, F. F. (2003). The one number you need to grow. Harvard Business Review, 81(12), 46-54, 124.

Reichheld, F. F., & Markey, R. (2011). The ultimate question 2.0: How net promoter companies thrive in a customer-driven world. Boston, MA: Harvard Business Review Press.

“Waarom heb ik niet genoeg discipline om te studeren?”

Begin jij pas onder druk van je deadline aan je scriptie? Begin je veel te laat met leren voor een tentamen waardoor je de avond ervoor nog tot laat aan het stampen bent? Sla jij jezelf soms voor je kop dat je te weinig doet? Game en Netflix je liever dan dat je studeert?

Je bent natuurlijk niet aan je studie of je scriptie begonnen om vervolgens uit te stellen en je studie te ontwijken tot het allerlaatste moment. Waarom sla je dan telkens weer veel te laat je boek open of begin je veel te laat met schrijven? De specialisten van Studiemeesters leggen het je uit. Er zijn verschillende oorzaken voor dit type uitstelgedrag. In dit blog sommen we drie veel voorkomende uitspraken van uitstellende studenten op. Welke uitspraak is het meest op jou van toepassing?

1. “Ik vind het vak niet boeiend”

Probleem: Elke studie heeft zo’n vak waar niet doorheen te komen is. Te veel studiestof, ingewikkelde berekeningen of een onderwerp waar je later helemaal niks mee wilt gaan doen, maar waar je wel vanaf moet zijn. Als je dat dikke studieboek ziet, open je liever Netflix of sociale media. Bij dit vak ga je zelfs liever afwassen dan studeren.

Oplossing: In dit geval is het slikken of stikken: je moet het vak halen! Wat het beste werkt is met een groep vrienden of op studiedagen aan de slag gaan met het vak, en jezelf tussendoor belonen met iets leuks als je je aan je schema houdt. Laat je controleren door je vrienden, familie of een bijlesdocent. Zorg ervoor dat je het studeren voor dat vak aan het begin van de week plant, dan is de rest van de week in elk geval leuker qua studiewerk.

2. “Ik ben te lui”

Probleem: Tot nu toe hoefde je eigenlijk niet veel te doen voor je studie. Op de middelbare school kon je met een beetje opletten en in het boek bladeren voldoendes halen, en op het hbo en de universiteit is dat eigenlijk niet anders. Tot nu toe kwam je weg met af en toe aan de slag gaan, maar nu je harder aan de bak moet, kun je jezelf niet aan het werk zetten. Je zit te gamen, gaat leuke dingen doen met vrienden, leest het hele internet uit, en kijkt hele seizoenen van series.

Oplossing: Goed nieuws: je bent waarschijnlijk slimmer dan de gemiddelde student op je opleiding. Waar andere studenten studiediscipline hebben aangeleerd door heel erg hard te studeren, heb jij jezelf geleerd dat je met minimale inspanning op het laatste moment ook succes kunt behalen. Maar ja, al ben je de slimste student, je studeert niet af als je niks doet. Dus zet je intelligentie eens in voor je studie, in plaats van voor games en plot twists in films. Maak een slim studieschema en hang deze op de koelkast. Spreek met huisgenoten of vrienden af dat ze je controleren. Of kom op onze studiedagen voor een stok achter de deur!

3. “Mijn leven is gewoon te vol”

Probleem: Je sociale leven is nog nooit zo druk geweest als nu. Festivals, feestjes, terrasjes – de stad bruist en het nachtleven lonkt! Of je hebt bestuurs- of commissiewerk van je vereniging, waar veel tijd in gaat zitten. Misschien heb je een bijbaantje dat ongemerkt meer tijd kost dan je eigenlijk zou willen. Voor je het weet, is er weer een week voorbij zonder dat je ook maar een boek hebt opengeslagen.

Oplossing: Beschouw je studie als je werk. Als iemand je vraagt of je naar het strand of het park wil terwijl je aan het werk bent, dan zeg je geen ja! (Hoe graag je dat zou willen.) Je werk is een afspraak met een ander, maar je studie is een afspraak met jezelf. Waarom zou die afspraak niet net zo hard zijn? Plan eerst je studie, en plan daarna je afspraken eromheen. Lukt het niet? Kom dan je studieontwijkend gedrag verhelpen op de studiedagen. Je doet op studiedagen waarschijnlijk drie keer zoveel als thuis en om vijf uur trek je voldaan de deur achter je dicht. Daarna kun je gamen, films kijken of het nachtleven in. Dan is de avond écht van jou.


Met de juiste aanpak verspil je minder tijd en energie. Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier. Je kunt je ook direct aanmelden voor een kosteloos en vrijblijvend kennismakingsgesprek in Amsterdam, Eindhoven, Leiden of Rotterdam. Je bent van harte welkom.

Aanmelden voor een kennismakingsgesprek

Interview met officemedewerker Hilde

Als je Studiemeesters belt, dan is de kans groot dat je Hilde aan de lijn krijgt. Als officemedewerker staat zij klaar voor alle studenten van alle vestigingen van Studiemeesters.

Waarvoor mogen studenten je bellen?
Studenten mogen mij altijd bellen, voor bijna alles! De meeste vragen van studenten gaan over het maken of verplaatsen van afspraken. Zulke eenvoudige vragen mogen ze trouwens ook mailen, want per mail krijgen ze net zo snel antwoord. Maar als je iets grotere vragen hebt, meer informatie wilt of wat advies nodig hebt, dan bellen we even.

Wat vind je daarbij belangrijk?
We kunnen samen bedenken wat voor jou het beste werkt. Daarbij doe ik ook suggesties: Wil je je afspraak van morgenavond afzeggen? Kunnen we dan misschien alternatieven bedenken? Je wilt tenslotte wel een stok achter de deur. Ik wil er altijd voor zorgen dat studenten de begeleiding krijgen die ze nodig hebben om hun deadline te halen.

Waarvoor kunnen ze je nog meer bellen?
Studenten bellen me ook als er iets onverwachts is gebeurd. Heb je bijvoorbeeld feedback gekregen en is die rauw op je dak gevallen? Bel maar even. Of je nou veel of weinig feedback krijgt, op het moment dat je het voor het eerst onder ogen krijgt en nog niet weet wat het betekent, dan lijkt het verschrikkelijk veel. Als je bij Studiemeesters je feedback interpreteert en bespreekt hoe je het kunt verwerken, dan valt het vaak mee. Een extra afspraak met je scriptiebegeleider kan daarom de moeite waard zijn. Daarnaast kan ik je meteen wat tips en trucs meegeven voor het gesprek met je docent.

Hoe zou je jouw functie als officemedewerker in drie zinnen omschrijven?
Ik ben een vraagbaak, voor studenten en voor begeleiders. Mijn doel is de juiste combinatie van student en begeleider bij elkaar krijgen op de juiste tijd en de juiste plek. Als dat is gelukt, ben ik tevreden.

Wat is er zo leuk aan deze functie?
Ik spreek elke dag studenten die bezig zijn met de afronding van een belangrijke fase. Het is ontzettend gaaf om hun successen van dichtbij mee te maken. Ik sta er om bekend dat ik opspring van mijn bureaustoel als een student belt om te vertellen dat hij net is afgestudeerd. Dat geeft zoveel voldoening. Daar doen we het allemaal voor. Ik sta nog net niet op de tafel te dansen.

Heb je nog een goede tip voor studenten?
Bijna iedereen komt in zijn opleiding een minder leuke periode tegen, als gevolg van een moeilijk vak of een scriptie waar je als een berg tegen op kijkt. Zo’n minder leuke periode is best zwaar. Als je er middenin zit, dan kun je dat nauwelijks nuanceren: Je kunt je soms niet voorstellen dat je het ooit zult halen. Maar ik spreek veel studenten die net goed nieuws hebben gehad. Ook die studenten dachten vier weken geleden nog dat ze er nóóit zouden komen. Neem daarom van mij aan dat jij er ook wel komt. Accepteer daarom dat het vervelend voelt en zet door. Als het achter de rug is, dan ben je verbazingwekkend snel vergeten dat je je ooit zo rot voelde. Tot dat moment is mijn advies: Er zijn mensen die je kunnen helpen, in je eigen omgeving, bij ons of allebei. Maak daar gebruik van!


Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier. Je kunt je ook direct aanmelden voor een kosteloos en vrijblijvend kennismakingsgesprek in Amsterdam, Eindhoven, Leiden of Rotterdam. Je bent van harte welkom.

Aanmelden voor een kennismakingsgesprek

Hoe haal je het meeste uit je scriptiezomer?

Balen! Je moet door met je scriptie tijdens de zomer. Hoe zorg je ervoor dat je goede voortgang boekt en toch af en toe een terrasje kunt pakken? Studiemeesters geeft je de zeven gouden regels.

1. Plannen, plannen, plannen

Een scriptie kan zo groot worden als je ‘m zelf maakt. Vooral het begin van een scriptie kan een warrig proces zijn, waarbij je informatie zoekt, artikelen leest, onderwerpen afbakent, op zijsporen terechtkomt, en maar blijft lezen. Essentieel is daarom dat je deze fase beperkt tot ongeveer een kwart van de tijd die je hebt ingepland voor je scriptie. Daarna moet je hoofdvraag echt staan! De rest plan je dan in per hoofdstuk, en vergeet niet dat je aan het eind flink tijd overhoudt voor het nalezen van je stuk, het verbeteren van de lay-out en het nalopen van je bronnen.

2. Plan je scriptie én je leuke dingen

Je kunt een marathon lopen, en een sprint sprinten, maar je kunt een marathon niet sprinten. Verwacht dus niet van jezelf dat je zeven dagen per week van de vroege ochtend tot de late avond bezig gaat zijn met je scriptie, want dat hou je nog geen week vol. De vuistegel: zeven dagen achter elkaar is het langst dat je je kunt concentreren, dus als je nog zeven dagen hebt kun je sprinten. Bij elke taak die langer dan acht dagen duurt plan je om de zes dagen een dag helemaal vrij. Bij een taak die langer duurt dan vijf weken plan je twee dagen per week vrij, het liefst achter elkaar. Plan op de dagen die je vrij hebt ook écht leuke dingen: een dagje strand, een dagje festival, een dagje terras, of gewoon op de bank een dagje Netflix met de gordijnen dicht.

3. Word een monnik of een non (maar niet alléén maar!)

Scriptie is topsport. Jezelf motiveren om in de ochtend aan het werk te gaan en je dan de hele dag concentreren terwijl de hele stad bol staat van de festivals en de feestjes en de vrolijke terrasgangers, is niet gemakkelijk. Doorzetten terwijl Instagram ontploft van de strand- en vakantiefoto’s is soms bijna onmogelijk. Probeer jezelf af te sluiten van dat soort berichten op dagen dat je aan je scriptie gaat werken. En ga op je vrije dagen niet tot het gaatje: kijk uit met alcohol en drugs, en let op je slaap. Als je moe bent, krijg je niks uit je handen. Blijf bewegen, goed eten en lekker veel ijswater drinken. Wees lief voor je lijf, dan houd je het langer vol. Maar: geniet ook met volle teugen van je vrije tijd! Doe wat jij het leukst vindt (mits je er niet helemaal stuk aan gaat).

4. Doe het niet alleen

Je bent niet de enige die in de zomer zijn of haar scriptie moet schrijven. Kijk maar eens rond in de UB of in de mediatheek, en lees door de succesverhalen heen op sociale media: er zijn zat andere mensen die deze zomer hun scriptie moeten schrijven. Maak samen met hen een plan, motiveer elkaar, houd de pauzes gezellig en praat met elkaar over je planning.

5. Werk vanaf je hoofdstructuur naar beneden

En nu: schrijven! Maak niet de klassieke beginnersfout door te beginnen bij je inleiding. Je begint bij je hoofdvraag, en daarna ga je verder met je deelvragen. Van daaruit maak je je hoofdstukindeling, en die deel je op zijn beurt weer in in paragrafen. Vervolgens markeer je hoeveel woorden je ongeveer per paragraaf wilt hebben, en pas daarna begin je met schrijven. Je schrijft niet je inleiding eerst, maar het eerste hoofdstuk dat daarop volgt (meestal je theoretisch kader). Zo voorkom je dat je steeds tekst loopt te verschuiven en te verplaatsen, waardoor je onnodig veel energie kwijt bent aan de structuur van je stuk.

6. Gebruik voorbeelden

Grote kans dat je begeleider met vakantie is en je vrienden die je van feedback kunnen voorzien ook niet in de buurt zijn. Niet getreurd! Gebruik de databank van scripties van je opleiding om te kijken hoe andere studenten die scriptie hebben aangepakt. Hoe ziet hun hoofdstukindeling eruit? Hoeveel bronnen hebben ze gebruikt, en hoe hebben ze hun methode verantwoord? Schrijf NOOIT teksten over! Deze voorbeelden kunnen je inzicht geven in hoe groot (of hoe klein, eigenlijk) het onderzoek is dat van je wordt verwacht.

7. Hou je onderwerp eenvoudig en je analyse complex

De meeste studenten hebben de neiging hun onderwerp te groot te maken. Dat hoeft niet – een eenvoudig, goed afgebakend onderwerp kun je veel beter grondig uitdiepen dan een heel breed onderwerp. Zorg ervoor dat je genoeg te zeggen hebt over je onderwerp om een conclusie te kunnen schrijven die voldoende diepgang heeft (“aan de ene kant…aan de andere kant…”)

En vooral: houd het hoofd koel, deze zomer!


Zonder vertraging een goede scriptie schrijven? Dat kan! Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier. Je kunt je ook direct aanmelden voor een kosteloos en vrijblijvend kennismakingsgesprek in Amsterdam, Eindhoven, Leiden of Rotterdam. Je bent van harte welkom.

Aanmelden voor een kennismakingsgesprek

Klanttevredenheid en klantverwachtingen in de scriptie: relevantie en definities

Klanttevredenheid en klantverwachtingen zijn populaire scriptieonderwerpen. Waarom eigenlijk? En wat betekenen deze begrippen precies? De specialisten van Studiemeesters leggen uit waarom klanttevredenheid en klantverwachtingen belangrijk zijn en geven een paar definities. Lees dit blog voordat je aan je klanttevredenheidsonderzoek begint, dan begrijp je wat je onderzoekt en waarom dat zinvol is.

Klanttevredenheid en klantverwachtingen als scriptieonderwerp

Consumenten kunnen tegenwoordig kiezen uit een groot aanbod van producten en diensten. Daardoor kunnen ze het zich veroorloven om kritisch te zijn in hun keuze voor aanbieders (Thomassen, 2006). Dit maakt het moeilijk voor bedrijven om klanten te behouden, terwijl klantbehoud zeer belangrijk is voor de groei van een bedrijf. De kans dat klanten terug blijven komen is het grootst als ze tevreden zijn. Klanttevredenheid is volgens wetenschappelijke theorie zelfs een vereiste voor klantloyaliteit (Thomassen, 2006). Hoe ontstaat tevredenheid? Tevredenheid wordt sterk bepaald door de verwachting van de klant. Daarom staan klanttevredenheid en klantverwachtingen vaak centraal in marktonderzoek en vormen zij een goed scriptieonderwerp voor zowel hbo-scripties als universitaire scripties.

Definitie van klanttevredenheid

Kotler (2009) omschrijft ‘klanttevredenheid’ als volgt: “Klantevredenheid is de mate waarin de waargenomen prestaties van een product voldoen aan de verwachtingen van een klant. Als de prestaties van het product niet aan de verwachtingen voldoen, is de koper ontevreden. Als de prestaties wel aan de verwachtingen voldoen, of die overtreffen, is de afnemer tevreden of zelfs opgetogen” (p. 13). Hij zegt hierover ook: “Klanten koesteren verwachtingen ten aanzien van de waarde en handelen hiernaar. Zij vergelijken de werkelijke waarde die zij bij de consumptie van het product krijgen met de waarde die zij verwachtten; hun conclusie beïnvloedt hun tevredenheid en herhalingsaankoop” (p. 323).

Definitie van verwachtingen (‘customer expectations’)

De meeste marketinghandboeken definiëren ‘verwachtingen’ niet duidelijk. Kotler zegt wel dat tevredenheid afhangt van verwachting, maar geeft van dat laatste geen definitie. Nederstigt en Poiesz (2010) zeggen over verwachtingen alleen: “Vanuit eerdere ervaringen of gewoonten bouwt de consument bepaalde verwachtingen op […]” (p. 223). Op Google Scholar vind je wel veel wetenschappelijke artikelen over klantverwachtingen. Daaruit blijkt dat wetenschappers het met elkaar eens zijn dat verwachtingen als standaard dienen waar ervaringen vervolgens mee vergeleken worden, maar dat ze nog niet weten wat een verwachting precíes is.

Verwachtingen in dienstverlening

Verwachtingen ten opzichte van een product zijn vaak helder en concreet. Klanten verwachten bijvoorbeeld een bepaalde kwaliteit op basis van de prijs die ze bereid zijn te betalen. Verwachtingen met betrekking tot dienstverlening zijn minder concreet, omdat een dienst niet tastbaar is. Daarom besteden we extra aandacht aan klantverwachtingen ten opzichte van dienstverlening: Wat zijn volgens de theorie ‘verwachtingen’ in dienstverlening? Verwachtingen in dienstverlening ontstaan op basis van percepties van het bedrijf en de sector. Deze percepties worden gevormd door eerdere ervaringen van de klant en door de ervaringen van andere mensen met wie de klant communiceert.

Volgens Zeithaml, Berry en Parasuraman (1993) kunnen verwachtingen in dienstverlening opgevat worden als twee verschillende dingen. Ten eerste als een standaard voor een voorspelling van wat de klant verwacht dat er gaat gebeuren als hij gebruikmaakt van de dienstverlening. De verwachting is dan een objectieve berekening van de waarschijnlijkheid van prestaties van de dienstverlening (Miller, geciteerd in Zeithaml, Berry & Parasuraman, 1993). Ten tweede kunnen verwachtingen worden opgevat als een standaard voor de ideale uitvoering van de dienstverlening. De verwachting bestaat dan uit een gewenst niveau van dienstverlening (Swan & Trawick, geciteerd in Zeithaml, Berry & Parasuraman, 1993).

Tip: Lees ook ons blog over wensen en behoeften‎.


Zonder vertraging een goede scriptie schrijven? Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier. Je kunt je ook direct aanmelden voor een kosteloos en vrijblijvend kennismakingsgesprek in Amsterdam, Eindhoven, Leiden of Rotterdam. Je bent van harte welkom.

Aanmelden voor een kennismakingsgesprek


Bronnen

Kotler, P., Armstrong, G., Wong, V., Saunders, J. (2009). Principes van marketing. Amsterdam: Pearson Benelux.

Nederstigt, A. T. A. M. & Poiesz, Th. B. C. (2010). Consumentengedrag. Groningen: Noordhoff.

Thomassen, J. P. R. (2006). Waardering door klanten: Klantenmanagement als fundament voor Totale Kwaliteit. Kluwer: Deventer.

Zeithaml, V. A., Berry, L. L. & Parasuraman, A. (1993). The nature and determinants of customer expectations of service. Journal of the Academy of Marketing Science, 21(1), 90-106.

Waarom een wensen- en behoeftenonderzoek?

Wensen en behoeften spelen sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw een steeds grotere rol dankzij de de manier waarop ondernemingen de markt benaderen (Nederstigt & Poiesz, 2010). Als je de marktbenaderingen kent, dan begrijp je waarom wensen en behoeften zo belangrijk zijn.

Het toenemende belang van marketing

De eerste producent van auto’s had het makkelijk, want de vraag was groter dan het aanbod. Auto’s werden verkocht zonder dat daar sales- of marketingafdelingen aan te pas kwamen. De klantbehoefte speelde nog geen rol.Het ondernemingsbeleid hoefde zich alleen te richten op een zo groot mogelijke productie tegen zo laag mogelijke kosten. Dit is de productieoriëntatie, waarmee ondernemingen na de industriële revolutie de markt benaderden.

Sindsdien is er veel veranderd. Steeds meer bedrijven benaderden de markt. De toename van concurrentie vroeg om een productoriëntatie, waarbij wordt uitgegaan van een consument die alleen producten koopt die de meeste waar voor hun geld bieden. De kwaliteit van het product werd een belangrijke voorwaarde voor de verkoop. Vervolgens leidden overproductie en overcapaciteit tot een verkooporiëntatie, waarbij ondernemers de markt veroverden door de aandacht te leggen op de effectiviteit van verkoop (Bliekendaal & Van Vught, 2013).

Toen ook de verkooporiëntatie geen garantie meer was voor het succesvol veroveren van de markt ontstond de marketingbenadering: rekening houden met de wensen en behoeften van klanten als je een product op de markt brengt. Dit idee vormt de basis van marketing en wordt ook wel het marketingconcept genoemd. Bij dit type marktbenadering staan wensen en behoeften van afnemers centraal in het hele ondernemingsbeleid (Bliekendaal & Van Vught, 2013).

Wensen en behoeften staan centraal

Verhage (2009): “De eerste taak van marketing is om de wensen en behoeften op de markt op te sporen en te inventariseren. […] Deze ideeën vormen het uitgangspunt voor de ontwikkeling van de juiste producten of diensten en marketingstrategie voor het gekozen marktsegment” (p. 28). Daarom staan wensen en behoeften zo vaak centraal in marktonderzoek en vormen ze een goed scriptieonderwerp voor zowel hbo-scripties als universitaire scripties.

Tip: Lees ook ons blog over klanttevredenheid en klantverwachtingen.


Zonder vertraging een goede scriptie schrijven? Dat kan! Studiemeesters helpt studenten vooruit. Met onze begeleiding studeer je sneller, beter en relaxter. Wie wij zijn en wat we precies doen? Dat lees je hier. Je kunt je ook direct aanmelden voor een kosteloos en vrijblijvend kennismakingsgesprek in Amsterdam, Eindhoven, Leiden of Rotterdam. Je bent van harte welkom.

Aanmelden voor een kennismakingsgesprek


Bronnen

Bliekendaal, C. & Van Vught, T. (2013). Marketingoriëntatie. Groningen: Noordhoff.

Nederstigt, A. T. A. M. & Poiesz, Th. B. C. (2010). Consumentengedrag. Groningen: Noordhoff.

Verhage, B. (2009). Grondslagen van de marketing. Groningen: Noordhoff.